Hollestelle, J., De steenbakkerij in de Nederlanden tot omstreeks 1560
(Assen 1961).–, ‘De Nederlandse steenbakkerij in de zeventiende en achttiende eeuw’, Economischen Sociaal-Historisch Jaarboek
, 44 (1981) 11 – 21.Hollister-Short, G., ‘Leads and lags in late seventeenth-century English technology’, History of Technology
, 1 (176) 159 – 183.Holt, Richard, ‘Medieval technology and the historians: The evidence for the mill’, in: Robert Fox (ed.), Technological change. Methods and themes in the history of technology
(Amsterdam 1996) 103 – 121.Homburg, Ernst, ‘From colour maker to chemist: episodes from the rise of the colourist’, in: Robert Fox and Agustí Nieto-Galan (eds.), Natural dyestuffs and industrial culture in Europe 1750 – 1880
(Canton 1999) 219 – 258.Honig, G. J., ‘De molens van Amsterdam. De invloed van de molens op het industrieele leven in de Gouden Eeuw’, Jaarboek Amstelodamum
, 27 (1930) 79 – 159.–, ‘Zaanse papiermakerij overgebracht naar Zweden’, De Zaende
, 4 (1949) 76 – 78.Hoof, J. P. C. M. van, ‘Met een vijand als bondgenoot. De rol van het water bij de verdediging van het Nederlandse grondgebied tegen een aanval over land’, Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden
, 103 (1988), 621 – 651.Hooff, G. van, ‘Van kalandermolenaars tot modern appreteerbedrijf ’, Textielhistorische Bijdragen
, 25 (1985), 30 – 44.–, ‘De rol van de Nederlandse machinenijverheid bij de introductie van twee buitenlandse innovaties in Nederland: de boekdruksnelpers en de steenvormmachine’, Jaarboek voor de Geschiedenis van Bedrijf en Techniek
, 5 (1988) 354 – 368.Hoogewerff, G. J., ‘Cornelis Jansz. Meijer, Amsterdamsch ingenieur in Italië (1629–1701) ’, Oud-Holland
, 38 (1920) 83 – 103.–, De geschiedenis van de St. Lucasgilden in Nederlanden
(Amsterdam 1947).Hoppenbrouwers, H., ‘Over de oorsprong van de oudste ijzergieterij in Nederland’, Gelre. Bijdragen en Mededelingen
, 52 (1952) 119 – 141.–, ‘De «Olde Hut» te Ulft. De geschiedenis van de Koninklijke Fabrieken Diepenevolck en Reigers B. V.’, Gelre. Bijdragen en Mededelingen
, 55 (1955–1956) 95 – 179. Hoppenbrouwers, Peter, ‘Agricultural production and technology in the Netherlands, c. 1000 – 1500’, in G. Astill and J. Langdon (eds.), Medieval farming and technology. The impact of agricultural change in Northwest Europe (Leiden 1997), 89 – 114.Houtte, H. van, Histoire économique de la Belgique à la fin de l’Ancien Régime
(Gent 1920).Houtte, J. A. van, Esquisse d’une histoire économique de la Belgique
(Louvain 1943).– and R. van Uytven, ‘Nijverheid en handel’, in: Algemene Geschiedenis der Nederlanden
, vol. 4 (Haarlem 1980) 87 – 111.Hoving, A. J. and A. A. Lemmers, In tekening gebracht. De achttiende-eeuwse scheepsbouwers en hun ontwerpmethoden
(Amsterdam 2001).Hovy, J., Het voorstel van 1751 tot instelling van een beperkt vrijhavenstelsel in de Republiek
(Groningen 1966).Howell, Martha, Women, gender and patriarchy in late medieval cities
(Chicago 1986).– and Robert C. Duplessis, ‘Reconstructing the early modern economy: the cases of Leyden and Lille’, Past and Present
, nr. 94 (1982) 49 – 84.Hoynck van Papendrecht, A., De Rotterdamse plateelen tegelbakkers en hun product 1590 – 1851
(Rotterdam 1920).Hudig, F. W., Das Glas
(Vienna 1923).Hufbauer, K., The for mation of the Ger man chemical community (1720–1795)
(Berkeley 1982).Hughes, Thomas P., ‘Technological momentum in history: Hydrogenation in Germany, 1893 – 1933’, Past and Present
, nr. 44 (1969) 106 – 132.–, Networks of power. Electrification in western society, 1880 – 1930
(Baltimore 1983).Huizinga, Johan, ‘Die Einfluß Deutschlands in der Geschichte der Niederländischen Kultur’, Archiv für Kulturgeschichte
, XVI (1926) 208 – 221.